De Rijksmonumenten aan de Voorstraat en op de Dam in Ameide waren in de loop der eeuwen stille getuigen van indrukwekkende gebeurtenissen van uiteenlopende aard. Het bijvoeglijk naamwoord “uniek” mag in dit verband dan ook niet lichtvaardig worden gebruikt. Toch valt er veel voor te zeggen om gewag te maken van een “unieke gebeurtenis” wanneer het gaat om de plechtigheid, die op donderdag 19 februari 2015 rond het middaguur voor het pand Voorstraat 2 plaatsvond.

Op die dag en op dat uur – vrij naar de “Camera Obscura” van Hildebrand – had zich daar een omvangrijk gezelschap verzameld om mee te maken hoe de in Berlijn geboren beeldhouwer Günter Demnig in het plaveisel twee “Stolpersteine”(= “struikelstenen”) aanbracht. Deze stenen vormen een blijvende herinnering aan Jacob Meijer en zijn echtgenote Anna Meijer-Wolf, die vanuit dit pand op transport werden gesteld naar het vernietigingskamp Sobibor, waar het Joodse echtpaar op 14 mei 1943 werd omgebracht.

Na afloop van de steenlegging voerde de heer Leo Vroomen, de voorzitter van het bestuur van de Joodse Gemeente Rotterdam, het woord. Hij wees er nadrukkelijk op dat in het geval van het echtpaar Meijer-Wolff het initiatief om “Stolpersteine” aan te brengen bij wijze van hoge uitzondering niet van nabestaanden, maar van een historische vereniging is uitgegaan, waarvoor hij namens de Joodse Gemeenschap zijn erkentelijkheid uitsprak. Zijn medebestuurslid Yitschak Awraham van Leeuwen las met merkbare emotie enkele verzen voor uit het eerste boek van de Thora.
Aansluitend aan de plechtigheid hield burgemeester Coert van Ee van de gemeente Zederik in het oude stadhuis op de Dam een persoonlijk getinte toespraak. Hij stond evenals de heer Vroomen stil bij het opkomend antisemitisme in ons deel van de wereld, in welk verband hij onder andere het volgende opmerkte:

“Juist in deze tijd, waarbij de Joodse Gemeenschap in West-Europa en ook in Nederland geweldig onder druk staat, is de kennis van onze geschiedenis bijzonder belangrijk. Immers wie zijn geschiedenis niet kent, heeft maar een schrale toekomst. Wij allen moeten ons juist nu blijven verzetten tegen degenen die onze Grondwet niet respecteren of, erger nog, bedreigen.”

Aan het einde van zijn toespraak citeerde de burgemeester het eerste lid van artikel zes van de Grondwet:

“Ieder heeft het recht zijn godsdienst of levensovertuiging,  individueel of in gemeenschap  met anderen, vrij te belijden, behoudens  ieders verantwoordelijkheid voor de wet”.

De plechtigheid werd ook bijgewoond door de in Amsterdam wonende mevrouw Geer Wolf, een achternicht van mevrouw Anna Meijer-Wolf. Zij bood de heer Van Ee een uit de jaren dertig daterende foto van het echtpaar Meijer-Wolf aan, die een passende plaats zal krijgen in het oude stadhuis. (De ontvangen foto is bovenaan deze pagina te bekijken).

Beeldhouwer Günter Demnig brengt in het plaveisel de twee “Stolpersteine” (=”struikelstenen”) aan.

Woordvoerders namens de Joodse Gemeenschap in Rotterdam, vlnr.: de heer Yitschak Awraham van Leeuwen (bestuurslid) en de heer Leo Vroomen (voorzitter).

Mevrouw Geer Wolf, een achternicht van mevrouw Anna Meijer-Wolf, bood de heer Van Ee een uit de jaren dertig daterende foto van het echtpaar Meijer-Wolf aan, die een passende plaats zal krijgen in het oude stadhuis.

De fotoreportage van de geplaatste Stolpersteine is gemaakt door André Tukker.

In het Nieuwsblad 2015 – 1  van de Historische Vereniging Ameide en Tienhoven (dat uitkomt in maart 2015), wordt aandacht besteed aan deze plechtigheid. Dit artikel kun je hier al downloaden en lezen:

Nieuwsblad HVAT maart 2015, deel over plaatsing van de Stolpersteine